skip to main content

Pigloo's helpen biggen groeien en bloeien

Een nieuw systeem beschermt biggen tegen ziektes en andere gevaren, terwijl varkensboeren een meer rendabele manier hebben om varkensvlees te produceren.

January 01, 2015

Toen Cargill in 1945 Nutrena Mills, Inc. aankocht, breidde het portfolio met dierenvoeder aanzienlijk uit. Nutrena was een pionier in de dierenvoedingsbranche, met een breed scala wetenschappelijk gemengde voedingen die beter waren voor dieren, waaronder varkens. In het midden van de jaren '50 merkte Cargill een zorgwekkende trend op onder varkenshouders: ze verloren pasgeboren biggen als gevolg van ongelukken in geboortehokken en ziekten die zich tussen de dieren verspreidden. De trend inspireerde Cargill tot het ontwikkelen van een innovatief isolatiesysteem gebaseerd op eerder onderzoek. Een systeem dat een veiligere omgeving bood voor pasgeboren biggen en daardoor een rendabeler systeem bood voor varkenshouderijen.

Het Pigloo-systeem werd voor het eerst onthuld op 15 april 1958. Het kreeg al snel aandacht uit de branche en werd omschreven als "mogelijk revolutionaire ontwikkeling voor het fokken van varkens." Het ontwerp van hout was uitgerust met een uniek 12-zijdig ontwerp dat deed denken aan een iglo. Hierin konden zeugen met hun rug tegen de muur liggen, met hun uiers richting een metalen bescherming, waardoor de zeug op een veilige manier geïsoleerd was voor een natuurlijke bevalling zonder menselijke tussenkomst. Pasgeboren biggen werden daarna richting een elektrische warmtelamp gelokt, weg van hun moeder die per ongeluk op ze kon gaan liggen. Wanneer de biggetjes melk nodig hadden, dronken ze vanonder de metalen bescherming, voor continue veiligheid. En omdat elke Pigloo één worp huisde, waren de biggetjes afgeschermd van mogelijke ziektes verspreid door andere dieren. Dankzij de isolering konden ze hun eigen antistoffen opbouwen, voor nog verdere bescherming tegen ziektes.

Na het eerste ontwerp van de Pigloo, voerde Cargill voorlopige tests uit met ongeveer 5.000 dieren gedurende drie jaar. Het resultaat was veelbelovend: sterftecijfers als gevolg van verdrukking daalde van 14% naar minder dan 2% en sterfte als gevolg van ziekte daalde van 10% naar bijna nul. Daarnaast wogen biggen geboren en opgegroeid in de Pigloo's na hun eerste twee maanden een aantal pond meer dan biggen opgegroeid in populaire huisvesting. Pigloo's hielpen varkensvleesproducenten met een basis van 120 zeugen hun initiële investering in faciliteiten te verlagen, productiviteit te verhogen, arbeidsinzet te verminderen, winst te vergroten en een groter aanbod varkensvlees beschikbaar te maken voor consumenten.

Na het succes van de Pigloo's, zocht Cargill een manier om hetzelfde idee toe te passen op een andere belangrijke industrie: de zuivelindustrie. Op dat moment stierf eenvijfde van de pasgeboren koeien van het bedrijf als gevolg van opgelopen ziektes. Dankzij het Calfloo-systeem kon Cargill kalveren gedurende de eerste drie maanden van hun leven isoleren, wat hun blootstelling aan schadelijke parasieten zeer sterk verminderde en het aantal ziektegerelateerde sterfgevallen terugdrong van het nationale gemiddelde van 20% naar minder dan 5%.

Tegenwoordig is Cargill nog altijd een leider in de varkensvleesindustrie en voldoet het aan de groeiende vereisten van zowel klanten als consumenten. Recentelijk zijn er toenemende zorgen ontstaan over het opsluiten van zeugen in kleine ruimtes gedurende hun zwangerschap, een methode anders dan het Pigloo-systeem, dat varkens pas isoleert wanneer ze bijna gaan bevallen. Het grootste deel van Cargill's operationele activiteiten is nu veel grootschaliger, waarbij geavanceerde technologieën worden toegepast die de Pigloo's en Calfloo's hebben vervangen. Als reactie op zorgen in de industrie, heeft het bedrijf ook beloofd 100% groepshuisvesting te bereiken voor zwangere zeugen in 2016 en vereist het haar gecontracteerde varkenshouders ditzelfde te behalen in 2018.